Rudi Wertheimer
Rudi Wertheimer

Rudi Wertheimer is op 31 oktober 1909 te Keulen geboren. Hij is het oudste kind van Jacob Wertheimer (1872-1935) en Laura Blotzheimer (1886-1949). Hij heeft een jongere zus, Grete (1914). Zijn vader, Jacob Wertheimer, is in Keulen directeur van de vestiging van Adler & Oppenheimer AG, een multinationale onderneming op het gebied van leder. Ook in Oisterwijk is een vestiging van dit bedrijf.

In verband met het opkomend antisemitisme verlaten Rudi en Grete begin jaren dertig Duitsland. Grete vertrekt naar Israël. Rudi Wertheimer verhuist op 12 juni 1930 vanuit Neustadt (D) naar Oisterwijk. Hij is dan 20 jaar. Volgens zijn persoonskaart is Gemullehoekenweg D284 zijn eerste adres in Oisterwijk. Daar woont hij bijna 9 jaar. Per 15 maart 1939 gaat hij aan de Heisteeg D362 wonen. 

Laura Wertheimer-Blotzheimer, de moeder van Rudi, woont van 24 november 1938 tot 10 september 1940 bij haar zoon Rudi in Oisterwijk. Haar echtgenoot is dan al in 1935 overleden. Daarna wijkt zij waarschijnlijk uit naar Frankrijk.

Rudi komt in Oisterwijk te werken bij de Oisterwijkse Lederfabriek. In diverse documenten heeft hij verschillende functiebenamingen, zoals handelsbediende, verkoper of assistent van de procuratiehouder. De procuratiehouder is dhr. J.H. Pimentel, een actief lid van de joodse gemeente van Tilburg. Ook Rudi is lid van deze Joodse gemeente.

Rudi Wertheimer
Deze foto is genomen bij de villa in Heukelom, waarschijnlijk ergens in 1941. De dame is Mientje Eschauzier-Buhrs, de echtgenote van André Eschauzier, de enige zoon van Madame.

Rudi is van plan zich blijvend in Nederland te vestigen. Op 29 december 1936 wordt Rudi Wertheimer bij wet tot Nederlander genaturaliseerd.  Na 11 jaar in Oisterwijk gewoond te hebben, verhuist Rudi op 12 juni 1941 naar het adres C20 in Heukelom, gemeente Berkel-Enschot, gelegen op de hoek van het Baaneind met de Laag Heukelomseweg naast het huidige pand Baaneind 12, waar hij woonruimte vindt in villa Zonlicht, het zomerhuis van mevrouw Eschauzier-Bersin, bijgenaamd ‘de Russische Madame’. Volgens Rinus van der Loo, heemkundige te Berkel-Enschot, gaat hij hier wonen onder het mom van ‘rentmeester van ’t goed’, behorend bij villa Zonlicht. Dit, omdat hij een agrarisch paspoort had. Hij moest dat hebben om die ‘moffen’ later kwijt te raken!  

Villa Zonlicht, C20 in Berkel-Enschot Laag Heukelom

Villa Zonlicht is een eenvoudig zomerhuisje, dat in de jaren twintig in opdracht van de weduwe Eschauzier-Bersin tot een statige rietgedekte villa is verbouwd. Zij woont er met haar zoon Dries. De weduwe overlijdt in 1941. Rond die tijd vindt Rudi Wertheimer er een ‘onderduikadres’. In 1952 brandt de villa tot de grond toe af. 

De massale deportaties van Joden beginnen in de zomer van 1942. Vanaf 15 juli 1942 worden Joden systematisch afgevoerd via Kamp Westerbork, zogenaamd om in een werkkamp in Duitsland te gaan werken als Arbeitseinsatz of werkverruiming. In het begin worden mensen aangeschreven met het bevel zich te melden. Op 27 augustus 1942 laat de burgemeester van Berkel-Enschot, Rouppe van der Voort, aan zuster Veronica Löb, een Joodse trappistin te Berkel-Enschot, en aan de sinds juni 1941 in villa Zonlicht te Heukelom wonende ‘Joodse verkoper’ van de Lederfabriek Oisterwijk, Rudi Wertheimer, een gesloten enveloppe overhandigen. Daarin staat dat zij de volgende dag opgepakt zullen worden. Beiden ondernemen echter geen vluchtpoging en blijven thuis. De veldwachter brengt ze de volgende dag naar Den Bosch. Wertheimer is optimistisch gestemd en denkt dat de zaak wel los zal lopen. Het loopt echter geheel anders.  Na aankomst in Westerbork gaat Rudi vrijwel meteen op transport. Op 31 augustus 1942 vertrekt hij, samen met 559 andere gedeporteerden, van Westerbork naar Auschwitz. Onderweg stopt de trein bij station Cosel (1-9-1942). Alle mannen (± 200) tussen de 15 en 50 jaar moeten de trein verlaten. Dus ook Rudi. Zij worden met vrachtwagens naar het werkkamp Niederkirch getransporteerd. Van deze 200 mannen overleven er slechts 6 de werkkampen.  De resterende ca. 360 gedeporteerden vervolgen hun transport naar Auschwitz, waar zij nog dezelfde dag arriveren en vrijwel direct naar de gaskamers worden geleid. 

Persoonsbeschrijving na arrestatie

De Duitsers hadden een vorm van zelfbestuur binnen de kampen geïntroduceerd. Eind 1942 wordt Rudi Judenälteste in Niederkirch, de hoogste functie in de Joodse kamphiërarchie. De Judenälteste was verantwoordelijk voor de orde en de discipline van het gehele kamp en voor de bestraffing. De Judenälteste had ook allerlei privileges in het kamp zoals meer eten. Volgens Van Rens  maakt ook Rudi Wertheimer zich soms schuldig aan agressief gedrag, maar veel gevangen oordelen gunstig over hem. 

Begin 1943 wordt dit kamp gesloten en Rudi Wertheimer gaat waarschijnlijk naar Ludwigsdorf in Neder Silezië.  Hier is een werkkamp in de nabijheid van een munitiefabriek van IG Farben.

Vast staat dat hij uiterlijk 1 oktober 1944 is overgeplaatst naar Blechhammer, een buitenkamp van Auschwitz, waar op het hoogtepunt van de oorlog ruim 4.000 personen zijn tewerkgesteld. Hier bevinden zich de Oberschlesische Hydrierwerke, waar van bruinkool benzine wordt vervaardigd. Als Auschwitzgevangene krijgt hij hier het nummer 178981 op zijn linker onderarm getatoeëerd.

Briefje van Laura Wertheimer aan Rode Kruis

Met de opmars van de Sovjets moeten de gevangenen in januari 1945 van de Duitsers worden geëvacueerd naar het concentratiekamp Gross-Rosen, dat in het westen van Polen ligt. Deze tocht gaat te voet en staat bekend als een van de vele dodenmarsen. Op 21 januari 1945 vertrekt een groep van zo’n 4.000 personen van Blechhammer naar Gross-Rosen. Achter deze groep loopt een bewaker die personen die niet kunnen meekomen en daardoor achterblijven, met een nekschot doodt. Uiteindelijk zijn onderweg meer dan 800 mensen bezweken of vermoord.  Rudi Wertheimer haalt Gross-Rosen niet. Volgens getuigenverklaringen van medegevangenen is Rudi onderweg op 28 januari 1945 gestorven.  Rudi wordt uiteindelijk 35 jaar oud.

Na de oorlog doen zowel zijn moeder Laura Wertheimer-Blotzheimer als zijn zuster Grete Wohl-Wertheimer diverse pogingen om te achterhalen hoe het met hun zoon en broer is afgelopen.  Zij ontvangen van het Informatiebureau van het Nederlandsche Roode Kruis een verklaring waarin staat dat hun zoon en broer op het traject tussen Blechhammer en Gross-Rosen is overleden.

Op de door Jaap Kaas vervaardigde gedenksteen in de Lederfabriek te Oisterwijk wordt Rudi Wertheimer als een van de slachtoffers van de Duitse terreur genoemd. In 2008 wordt de naam van Rudi Wertheimer toegevoegd aan de lijst met oorlogsslachtoffers op de gedenksteen in de Mariakapel in de Oude Toren te Berkel-Enschot.

Rudi Wertheimer