Niet alleen burgers zitten in het verzet tijdens de 2e wereldoorlog, ook een enkele geestelijke, zoals Kapelaan Sleegers. Bijzonder, want de kerk wil eigenlijk liever niet dat geestelijken het functioneren van de kerk in gevaar brengen door in het verzet te gaan.

Kapelaan Sleegers wordt als Jos Sleegers geboren in 1911 in Helmond. Begin 1942 wordt hij kapelaan van de Joannesparochie in Oisterwijk. Toen de pastorie op last van de Duitse bezetter op 20 oktober 1943 ontruimd moet worden, vind hij onderdak bij de familie Paijmans en later bij de familie Bart Puts.

woonhuis familie Puts

In Oisterwijk wordt hij de vertrouwens- en raadsman van de ondergrondse beweging. Hij zorgt voornamelijk voor onderduikadressen en bonnen. De kans op verraad is in hoge mate aanwezig. Iemand die echter feilloos kan bepalen of iemand te vertrouwen is, is kapelaan Sleegers. Hij kent zijn parochianen op z’n duimpje zodat het hem telkens lukt om een geschikt adres te vinden voor de vele onderduikers. Dit baantje bezorgt hem het predicaat “Duikhoofd”.

Hij werkt nauw samen met de katholieke familie Kruitwagen. Vader Kruitwagen werkt bij de distributiedienst en later bij de Binnenlandse Strijdkrachten. Kapelaan Sleegers, die zich inmiddels behalve duikhoofd, ook raadsman van de ondergrondse mag noemen, coördineert allerlei contacten en is regelmatig betrokken bij de voorbereiding van acties. 

Door de Biezenmortelse kapucijner pater Janus Optatus raakt hij betrokken bij de hulp aan ondergedoken Airborne-militairen nabij de Huisvennen in de Kampina. Op zondag 15 oktober 1944 organiseert de pater en Sleegers zelfs een heilige mis voor de katholieken onder de militairen op de heide. 

Sleegers, derde van rechts

Sleegers zet zich als kapelaan ook bijzonder in voor de sportontwikkeling in ons dorp. Hij was sportief -hij reed soms ook paard-  en is actief betrokken bij de sport. Zo was hij betrokken bij de oprichting van Golva en Taxandria in 1944. Sleegers was maar kort kapelaan in Oisterwijk, van 6 februari 1942 tot 7 september 1945.

Batenburg

Na Oisterwijk kwam Sleegers terecht in Oss, Mierlo en Budel. In 1956 werd hij pastoor in Batenburg en daarna in 1961 in Tilburg, waar hij op 31 oktober 1976 eervol ontslag krijgt.

Hij was zeer aimabel en graag gezien onder de Tilburgers uit deze volksparochie. Hij overleed te Tilburg op 25 augustus 1992. In 2010 besloot het gemeentebestuur een straat naar hem te vernoemen in de wijk Pannenschuur, de Kapelaan Sleegersstraat.

Literatuur: uitgeverij Ad van den Oord

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *